Koffie duurder in Europa maar Suriname laat kans op export liggen

De prijs van koffie is de afgelopen maanden flink gestegen in Europa.

In landen als Nederland betalen consumenten aanzienlijk meer voor een kopje koffie dan voorheen. Deze internationale ontwikkeling roept in Suriname de vraag op waarom het land niet zelf weer inzet op koffieteelt.

In het verleden stond Suriname bekend om zijn koffieplantages, vooral in de koloniale tijd. De vruchtbare grond en het tropische klimaat zijn nog steeds aanwezig.

Toch lijkt koffieteelt tegenwoordig nauwelijks een rol te spelen in de landbouwsector. Dat is opvallend, want de omstandigheden zijn gunstig en er is wereldwijd steeds meer behoefte aan nieuwe productieregio’s die kunnen inspelen op de stijgende vraag.

Volgens enkele agrarische experts zou Suriname hier een kans kunnen grijpen. Er is ruimte beschikbaar in met name de districten waar landbouwgrond vaak onderbenut blijft.

Bovendien biedt de export van nicheproducten, zoals biologische of fairtrade koffie, kansen op de internationale markt.

Er zijn zelfs subsidies en ondersteuning beschikbaar via internationale landbouwprogramma’s voor landen die hun productie willen opschalen.

Koffie uit Suriname zou zich bovendien kunnen onderscheiden door zijn unieke smaakprofiel, gevormd door het lokale klimaat en de bodem.

Met de juiste begeleiding, moderne technieken en een goed logistiek plan zou koffieproductie voor export niet alleen werkgelegenheid opleveren, maar ook bijdragen aan economische diversificatie.

De tijd lijkt rijp om deze oude traditie nieuw leven in te blazen. Koffie is wereldwijd gewild en Suriname zou daar best een graantje van mee kunnen pikken.