In Suriname hoor je vaak dat Chinese winkeliers onvriendelijk zijn. Ze zouden kortaf zijn, niet lachen en zich vooral richten op verkopen.
Maar hoe vaker ik er kom, hoe meer ik merk dat er ook een andere kant is, een kant die velen misschien niet opmerken of gewoon over het hoofd zien.
Wanneer ik met mijn kinderen een Chinese winkel binnenloop, worden we altijd vriendelijk begroet.
De kinderen krijgen soms een koekje, een lolly of een snoepje toegestopt.
Ook ik krijg weleens een compliment: “Jij bent mooi vandaag.” Dat raakt je wel.
Sommige verkopers hebben écht oog voor je, zelfs als het druk is in de zaak.
Wat me vooral opvalt, is hoe goed ze mensen onthouden. De volgende keer dat ik langskom, vragen ze bijvoorbeeld: “Hoe gaat het met je moeder?”, “Je vader was de vorige keer ziek, toch?”, of “Waar zijn je kinderen vandaag? Zijn ze op school?”
Zulke vragen zijn geen oppervlakkige praatjes. Ze zijn oprecht. Ze luisteren écht en onthouden wat je zegt. Ze willen weten wie je bent.
En hoewel die gesprekken meestal kort zijn, voelt het contact persoonlijk. In een samenleving waar velen gehaast zijn of met hun eigen zorgen rondlopen, vallen zulke kleine dingen op.
Een vriendelijk woord, een klein gebaar, een herinnering aan iets wat je eerder deelde, het lijkt simpel, maar het betekent veel.
Natuurlijk is niet elke ervaring hetzelfde. Er zijn ook supermarkten waar het contact zakelijk blijft. En sommige mensen zullen andere ervaringen hebben gehad.
Maar het is goed om óók deze kant te benoemen: die van de Chinese winkelier die misschien stil is, maar alles ziet. Die niet veel praat, maar wel vraagt naar je familie.
We hoeven mensen niet te beoordelen op hun uiterlijk of accent. Soms leer je pas iets over iemand als je net iets beter kijkt.
Ze zijn misschien niet altijd luid of uitbundig, maar dat betekent niet dat er geen warmte is.
Dus kijk ik bij mijn volgende winkelbezoek niet alleen naar wat ik nodig heb, maar ook naar de persoon achter de toonbank.
Want achter dat stille gezicht schuilt soms gewoon een opmerkzaam hart.
